Zaadkeuze bij De Wilde Peen

Wij kiezen meestal voor gewoon, natuurlijk veredeld zaad. Bij zaadhandel de Bolster kun je kiezen voor zaadvast of ‘hybride’, bij Bingenheimer Saatgut in Duitsland hebben ze alleen maar zaadvaste rassen.

Zaadvast zaad is zaad waar je van de planten later weer zaad kunt nemen om mee verder te kweken. Je krijgt dan ongeveer dezelfde groente. Er is ook hybridezaad (F1 wordt dat ook genoemd). Dat is voortgekomen uit een kruising van 2 superver ingeteelde rassen, die allebei op 1 eigenschap zijn doorgefokt. De planten die je dan krijgt zijn enorm uniform en sterk op de geselecteerde eigenschappen. Maaarrr- als je dan van deze fantastische planten zaden gaat oogsten komen er uit die zaden allemaal minkukels!

Zogenaamd ‘zaadvaste rassen’ zijn ontstaan zonder manipulatie, gewoon met klassieke veredeling : kies de mooie planten en neem daar zaad van en doe dat vaak genoeg tot de eigenschap die je wilt sterk genoeg is/ je blij bent met het ras. Er zijn ook methoden van vermeerdering (bij gangbare zaden) waarbij genetische manipulatie wordt gebruikt.
Wij kiezen graag voor natuurlijk. Dat betekent ook onbedoelde bloemen, variatie in grootte en vorm en minder oogstzekerheid:-)

Soepje van gekroonde ganzenbloemblad

200 gram/ handvol tong ho grof snijden

1 eetlepel olie

400 ml bouillon

beetje paddestoelen, tofu of gare kip in blokjes

peper

De tong ho een paar seconden aanbakken in de olie. De hete bouillon, water en paddestoelen, tofu of kip toevoegen, aan de kook bengen en serveren.

appel-muntgelei of siroop

Leuk recept om alles van de appel te gebruiken. En van het muntveld wat altijd groter wordt dan je dacht:-). Maak siroop of gelei – voor op brood, in gebak, enz.

*250 gram appelresten (valappels, lelijke plekken (zonder schimmel, bruin is ok) klokhuizen, steeltjes, schillen)

*bosje verse munt

*zoveel water dat je appels net eronder staan.

*sap van ½-1 citroen

*suiker

Doe de appelresten in een pan, doe er de takjes munt, water en citroensap bij en breng het aan de kook. Het moet in het begin net onder water staan. Laat het koken, zachtjes. Niet te kort en met het deksel op de pan. In de hooikist kan ook. De pectine uit de appel moet in het water komen dus alles moet helemaal zacht en door en door gekookt zijn.

Dan zeef je het geheel door een doek, laat goed uitlekken. Een nacht misschien wel, en vang het vocht op. Meet hoeveel vocht je hebt en doe de suiker erbij – op 200 ml vocht 150 gram suiker. Kook het verder in. nu mag het vocht best verdampen dus geen deksel op de pan. Als je merkt dat het wat dikker wordt check dan af en toe hoe de substantie is door een druppeltje op een schoteltje in de koelkast te leggen. Als het koud is zie je hoe het ongeveer wordt. Het geleerproces gaat in de pot verder dus over de tijd zal de substantie nog wat dikker worden. (Dat is alleen relevant als je van plan bent niet alles gelijk op te eten:-)

Het is best lastig om ‘de goede’ stevigheid te krijgen, maar het is altijd bruikbaar/ te herstellen. Is het namelijk te dun (dan is het siroop) naar je zin, dan kook je het naderhand nog even in.

Is het te dik (dan is het jam of hele stevige jam) naar je zin dan kun je het verwarmen en verdunnen met wat water.

Voor de vrolijkheid kun je als het tenslotte even (10 minuten) heeft afgekoeld er nog een beetje fijngehakte munt doorheen roeren. Dan heb je munt-confetti in de gelei.