Snijbiet is er in allerlei kleuren. Het is nauwe familie van de spinazie, en je kunt het gekookt precies hetzelfde bereiden. Spinazie groeit moeilijk op zandgronden, vandaar dat wij liever snijbiet telen: grootbladige en kleinbladige.
Kleinbladige snijbiet lijkt het meest op spinazie doordat de bladstelen klein zijn en er relatief veel blad is, net als bij spinazie. Snij de planten net boven het groeipunt helemaal af. Je kunt alles eten als spinazie.
Grootbladige snijbiet heeft dikkere stelen, die ook steviger blijven bij koken. Dat is lekker om kort te wokken of te stoven, of in een hartige taart. Snij de stelen dan ‘dwars op de draad’ in reepjes. Oogst door de buitenste bladeren af te breken, en het midden van de plant te laten staan. Lelijke bladeren graag afbreken en op de grond laten liggen. Als de grootste buitenste bladeren weg zijn maakt de plant nieuwe bladeren aan vanuit het midden. Let op! Als het midden van de plant omhoog komt, een stengel vormt, de plant gaat dan ‘schieten’ (richting bloei), dan zijn de bladeren niet meer zo mals. Kies dus planten die nog niet schieten uit om van te oogsten.